Offlimits | Reactie offlimits op aangepaste voorstel rondom EU-verordening ter bestrijding van seksueel kindermisbruik

Tijdens het commissiedebat rondom de EU-verordening ter bestrijding van online seksueel kindermisbruik gisteren in de Tweede Kamer werd Offlimits verzocht te reageren op het nieuwe, aangepaste voorstel. In het officiële document zijn wij als organisatie ‘met de poten in de klei’ helaas niet meegenomen en hebben daarom onze mening gebaseerd op het overal te vinden, uitgelekte voorstel. Behalve hetgeen in de brief van het Ministerie van Justitie en Veiligheid genoemd wordt, gaven we ook onderstaande adviezen mee:

• De toevoeging van recital (overweging) 17a: “Nothing in this Regulation should be understood as imposing any detection obligations on providers”, in combinatie met de tekstuele aanpassingen, lijkt te verzekeren dat het doorbreken van encryptie – ons grootste bezwaar vanwege de glijdende schaal die dit kan veroorzaken – verholpen is. Wel vinden wij dat Nederland zich ervoor moet inzetten dat deze tekst verplaatst wordt naar een daadwerkelijk artikel in plaats van alleen een overweging.

• Het afhalen van het tijdelijke karakter van vrijwillig scannen van bedrijven in openbare online omgevingen om dit materiaal tegen te gaan, is een staande praktijk. En sterker nog: dit past in onze optiek ook in de (morele) verplichting die je als bedrijf hebt om te zorgen dat je omgeving veilig is. Wel de zorg daarbij dat bedrijven nooit door (lokale) overheden verplicht zouden mogen worden om die waarborgen en vrijwilligheid om te zetten in een verplichting tot scannen, al dan niet in encrypted omgevingen. Het is verder onwenselijk dat het momenteel toeziet op grooming. Daarnaast zou audio in de toekomst ook nooit onderdeel mogen zijn van deze vrijwillige inspanning. De technologie is voor beide nog helemaal niet geschikt en dus onbetrouwbaar.

• Als laatste, zorg dat ook het stelsel van online maatschappelijke weerbaarheid in Nederland duurzaam is, want wetgeving is nutteloos als die niet uitgevoerd kan worden door duurzaam geborgde organisaties in de aanpak.

Over welke politieke keuze hieruit voortvloeit qua stemming kunnen wij niet adviseren. Wel is het zo dat dit het minst schadelijke voorstel is in de afgelopen 3,5 jaar. Ook valt te concluderen dat de impasse niet aan zal blijven houden en een nieuwer, schadelijker voorstel het in de trilogen moeilijker zal maken tot een verordening te komen die kinderen en jongeren ook écht verder helpt.

Wij blijven daarnaast benadrukken om ook de andere punten uit onze eerdere brief ter harte te nemen in de aanpak.